23 April 2024
 

Thuiskomen in Nederland

Toegevoegd: 9 maart 2007

Amsterdam, Middelburg en Rotterdam, 14 februari tot en met 7 maart 2007

We zijn nu precies drie weken thuis. Ik begrijp niet meer waarom ik zo tegen het terug gaan naar Nederland opzag. Dat opzien tegen teruggaan hoort misschien wel bij het hele proces, net zoals het een proces was om op reis te gaan.

Op 13 februari stapten we, s' avonds laat, in Bangkok in het vliegtuig; op weg naar Amman, Jordanie. Daar stapten we over voor het laatste stuk van vijf uur naar Amsterdam. De hele reis heb ik een knoop in mijn maag, die hoe dichter bij we komen, groter en groter wordt.

Vijf minuten voordat we landen kunnen we de nette rechthoekige velden en tuinen, de rechte straten en huizenblokken goed zien. Het ziet er zo vreemd en tegelijk vetrouwd uit. Niet lang daarna zetten we sinds zestien maanden weer voet op Nederlandse bodem.

Opeens krijg ik haast. Ik weet niet precies wie ons komt ophalen, maar ik heb wel een vermoeden. De wetenschap dat al die lieve mensen, die ik zo gemist heb, nog maar een paar honderd meter van me verwijderd zijn, slechts gescheiden door de douane en de schuifdeuren, maakt dat ik sta te trappelen van ongeduld. We frissen ons snel even op in de wc bij de gate en lopen door naar de bagageband. Ik durf niet goed door het raam te kijken naar de mensen die buiten staan te wachten, maar gluur toch voorzichtig of ik iemand zie. Ik zie iemand staan met een oranje unox-ijsmuts, die naar ons zwaait. Opeens krijg ik het benauwd. Ik zou ze toch nog wel herkennen? Straks loop ik ze gewoon voorbij. 'Ach onzin' zeg ik tegen mezelf en om mezelf af te leiden, tuur ik heel hard naar de bagageband. Onze bagage verschijnt maar niet. Na de eerste tien koffers, flikkert het mededelingenbord en zegt: 'Alle bagage gelost'. Van onze vlucht wel te verstaan. Onze bagage is kwijt? Nee, dat kan toch niet? Niemand van de medepassagiers heeft zijn bagage nog, dat zou wel heel toevallig zijn. Snel som ik in mijn hoofd op wie van onze familie en vrienden ik nu moet teleurstellen omdat hun cadeautje in mijn rugzak zat. Maar het is niet nodig. Na een half uurtje heeft het bord een nieuwe mededeling: 'Bagage wordt nu gelost'. En al snel verschijnen onze rugzakken. Pfft, gelukkig. We leggen ze snel op de bagagekar en kijken nergens meer naar. Langs de douane, maar die wil opeens weten wat er in onze tax-freetas uit Bangkok zit. Ik ratel snel op wat erin zit en het is goed. De schuifdeuren gaan open. Ik registreer als eerste Ingrid en realiseer me dat zij ook de allerlaatste is die we nog gezien hebben voordat we het vliegtuig instapten op 10 oktober 2005. Zij vertrok naar Mexico en we kwamen elkaar tegen bij de gates. Ik laat mijn ogen verder glijden over de zee van bekende gezichten, maar ik zoek naar die van mama. Ik registreer nauwelijks wie er allemaal precies staan. Pas als mijn ogen op mama rusten, komen de tranen boven. De bagagekar laat ik voor wat het is en ik vlieg haar in de armen.

Dan is het feest, echt feest binnen in mij. Mama en papa, Evelien, Leendert, Martijn, Pa en Ma dees, Jolien en Cor, Axel en Dorieke, Ingrid, Theo en de kleine Niek staan om ons heen. Ik weet niet met wie ik moet praten en lul maar een eind weg. Het liefst zou ik helemaal niks zeggen en alleen maar kijken naar al die lieve gezichten. Ik kan het nauwelijks geloven dat ik ze echt weer dicht bij heb.

Dit grote feest gaat zo nog een paar dagen door. Voor het eerst Kai weer zien en Arjen, Atje, Iris, mijn kleine ekster, en Stijn. Op zaterdagavond worden we verrast op een etentje en borrel in Bazar in Rotterdam. Peter Dees, Heleen en Bram, Saleha, Marlies, Mamadou, Annemarie en Peter zijn er. Dan zie ik Monique de trap af komen. Ze ziet me niet, zoals vanouds, maar ik haar wel en vlieg haar om de nek. Weer vloeien er tranen. Ik leef in een roes en ben zo ontzettend gelukkig om iedereen weer om me heen te hebben.

De keerzijde komt, zij het lang niet zo erg als ik verwacht had, de zondag en maandag na het verrassingsfeest. Daar zitten we dan, in ons vertrouwde huis, alleen. En dan begint dat onbestemde gevoel: Wat nu? Waar moeten we in hemelsnaam beginnen? Ik krijg er een huilbui van. Ik weet echt even niet wat ik als eerste moet doen. Een lijstje maken dan maar. Inschrijven in de gemeente, het huurcontract weer op ons naam krijgen, een ziektekostenverzekering afsluiten, weer bereikbaar worden, naar vacatures zoeken, de eerste sollicitatiebrief schrijven, belasting terugvragen over 2005, aangifte doen over 2006 en het peiljaar van de studiefinanciering veranderen... Het is zo veel en zo niet waar we mee bezig willen zijn. Het een kan pas, nadat het andere geregeld is en zo duurt het allemaal verschrikkelijk lang. 's Avonds bezoeken we vrienden in Rotterdam en is het weer feest. En overdags, tussen de regeldingen en bureaucratische papiermassa door, maken we een begin met de selectie van onze ruim 6000 gemaakte foto's.

En voor we het weten krijgen we uitnodigingen om op kraambezoek te gaan, om naar een begrafenis te gaan en naar een verjaardagsfeestje, heb ik een sollicitatiegesprek (baan niet gekregen overigens), worden we gevraagd voor een radio-interview door BNN en ga ik met een van mijn ama-jongens naar Vluchtelingenwerk. En het is goed zo. We hebben onze droom waargemaakt, we hebben onze droom geleefd. Intens genoten en we genieten er nog steeds van. Deze reis kan niemand ons meer afnemen. Voorzichtig denken we aan een volgende, misschien iets minder lange, reis. Over een paar jaar ofzo...