8 November 2024
 

Verplicht ontstressen

Toegevoegd: 31 mei 2008

Beijing, 20 tot en met 24 mei 2008

Nog nooit hebben we zoveel last gehad van een jetlag. In Beijing en de rest van China is het 6 uur later dan in Nederland. Voor ons gevoel landen we dan ook in het midden van de nacht. Plaatselijk is het negen uur in de ochtend. Ons ritme is compleet in de war. Ik (Rian) moet op de vreemdste tijden vechten tegen de slaap en schrik midden in de nacht wakker. Vervolgens lig ik dan klaarwakker de dag af te wachten, om, als het eindelijk licht wordt, weer diep in slaap te vallen.

Marnix heeft niet alleen een jetlag. Hij is in het vliegtuig ook nog eens ziek geworden. Het is een zware verkoudheid of lichte griep. Hoe dan ook, in de vervuilde miljoenenstad Beijing, waar een luchtje scheppen gelijk staat aan een hap uitlaatgassen nemen, wordt het er niet beter op. We worden dus verplicht om het rustig aan te doen. Misschien niet eens zo'n gek idee na ruim een jaar non stop hard werken.

Flauwvallen in de metro

De dag erop raapt Marnix alle moed bij elkaar zodat we Tashi kunnen ontmoeten. Via via zijn we in contact gekomen met hem en als Tibetaan kan hij ons zeker het laatste nieuws vertellen over welke gebieden te bezoeken zijn en welke niet. Hij staat voor de Lama Tempel (Tibetaanse Boeddhistische tempel) ons op te wachten en neemt ons mee naar een pas geopend Tibetaans restaurant. Nadat onze kopjes gevuld zijn met boterthee, steekt hij van wal. Het is een slechte tijd om China te bezoeken volgens hem. Niet alleen Tibet is off limits voor buitenlandse toeristen, maar sinds de dag van onze aankomst is ook de provincie Gansu weer gesloten. Tashi kan ons niet vertellen wat de reden is, maar het kan maar een reden hebben: demonstraties. Door de zware aardbeving is de provincie Sichuan natuurlijk ook een no-go area. Blijven alleen de provincie Qinghai en Yunnan over om nog iets mee te krijgen van Tibet. We bespreken de opties en besluiten om met de trein naar Xining in de provincie Qinghai af te reizen. Tashi regelt voor ons de treinkaartjes.

De metro terug zit stampvol en we moeten genoegen nemen met een staanplaats. Na drie haltes, kijk ik naar Marnix en zie hem vreemd kijken. Als ik iets tegen hem zeg, reageert hij niet en net als ik zijn arm pak, zakt hij in elkaar. 'Mar?!', gil ik en kan net voorkomen dat hij met zijn hoofd een smak tegen de grond maakt. Medepassagiers springen op om plaats te maken en zeker tien mannen helpen me om Mar op de bank te leggen. Op het moment dat ik tegen zijn wang tik, komt hij bij. Verschrikt zit hij rechtop, maar gaat snel weer liggen. Een lieve Chinese meneer gebaart me te zitten en zijn hoofd in mijn schoot te leggen. Een schattig meisje van vier brengt ons verfrissingdoekjes. Ik bedank ze allemaal en tegen de tijd dat we eruit moeten, voelt Marnix zich weer een stuk beter.

Dokter Lee

Alhoewel Marnix zich een stuk beter voelt, sta ik erop dat hij een dokter bezoekt. Ik kies de Hong Kong Macau International Clinic uit. Klinkt duur, maar dat betekent in dit soort landen meestal ook goed. Als we aankomen bij het gebouw, schrikken we ons lam. Met onze backpackerskloffie aan, stappen we een wereld in van goud, knippende mannetjes in uniform, zoevende liften en weelderige sofa's. Maar we doen net alsof het doodnormaal is dat we op onze slippers, gescheurde spijkerbroek en jurkje binnen wandelen. We vinden de kliniek, die op de negende etage zit. Gelukkig ziet die er iets minder bling bling uit. Voor de zekerheid informeren we toch maar even naar de prijs. Het valt mee en na de nodige paperassen ingevuld te hebben, kan dokter Lee ons ontvangen.

Dokter Lee kijkt deftig over zijn halve brilletje heen als we binnen komen. Dokter Lee ziet er natuurlijk onberispelijk uit. Wij daarentegen ...  Marnix krijgt een complete check up inclusief bloedtest en rontgenfoto. Dokter Lee's conclusie is: kaakholteontsteking en schrijft een batterij aan pillen voor. De enige kuur die Marnix af moet maken is de anti biotica kuur. Alle werknemers van de kliniek wensen ons beterschap en een fijn verblijf in China. De rontgenfoto krijgt Marnix mee als souvenir.

Dilemma voor Tibetaanse artiest

's Avonds hebben we weer met Tashi afgesproken in hetzelfde restaurant. Hij schenkt ons thee in en stelt ons voor aan een aantal vrienden van hem. De treinkaartjes worden over tafel geschoven. We kletsen wat en stellen nog wat vragen over Xining en de omgeving. Als er twee mannen plaats nemen in het zitje achter ons, wordt Tashi onrustig. Even later schuift in het zitje tegenover ons ook een groep Chinese mannen aan. Dan zegt Tashi opeens: 'Ik bel hem thuis wel even, sorry ik moet nu weg, houdt contact?' Weg is hij en we blijven alleen achter met Wanma. We vermoeden dat de mannen achter en tegenover ons, de Tibetanen in Beijing in de gaten houden. 

Wanma moet vanavond optreden in de Tibetaanse show. Hij gaat zich voorbereiden en wij bestellen momo's. De show begint, als wij nog onze momo's naar binnen werken. We krijgen allemaal een katta, die we dan aan een van de optredende artiesten kunnen geven. De hele show heeft een kitscherig randje, maar het traditionele Amdo lied op gitaar en de afsluitende dans (ook Amdo) kan ik wel waarderen. Als afsluiting worden we uitgenodigd om mee te dansen. De eerste dans gaat me aardig goed af, maar bij de tweede ga ik helemaal de mist in. Wanma zit al bij Marnix als ik uitgedanst ben. Hij schrijft popliedjes. Alhoewel hij eigenlijk van rock houdt, vond ik zijn liedjes erg romantisch. Zijn eerste nummer ging over de Olympische Spelen en zo te horen was het positief. Wanma begint er zelf over. 'Tja', zucht hij, 'Ik houd gewoon van sport. Daarom heb ik dit nummer geschreven. Ik ben al een paar keer gevraagd om met dit nummer op te treden op tv, maar ik ben bang dat mijn mensen boos worden. Misschien moet ik ermee wachten tot dat 'Ding' uit Lhasa weg is, 

'De vlam bedoel je?', vraag ik. Hij knikt kort. Dan zegt hij opeens: 'Ik weet dat mensen hebben geprobeerd de vlam te pakken in Europa. Ik begrijp dat niet, het gaat toch gewoon om sport?' Voorzichtig zeg ik dat die mensen niet tegen de Olympische Spelen en dus de sport zijn, maar boos zijn over de betekenis waar de vlam voor staat. Wanma kijkt ons aan en knikt weer. Hij weet het zelf ook wel, maar zo eenvoudig is het allemaal niet, zeker niet voor deze jonge Tibetaanse artiest. Voor hem is het een keuze tussen zijn volk of zijn carriere.

Krijsende verkoopsters op de Silk Market

De All Stars van Marnix zijn aan vervanging toe. Er zijn twee plekken ter wereld met de perfecte oplossing voor dit probleem: de Silk Market in Beijing en verschillende winkelcentra in Bangkok. Wij bereiden ons voor op een bezoek aan de Silk Market, een soort warenhuis met meerdere verdiepingen. Elke verdieping is verdeeld in nauwe gangen met aan weerszijden piepkleine winkeltjes. Op de schoenenafdeling word ik bijna elke winkeltje ingetrokken. Automatisch wordt ervan uitgegaan dat ik schoenen wil kopen. Nou is dat meestal ook het geval, maar dit keer heeft Marnix iets nodig. Hij probeert het bij het eerste winkeltje met all stars. De verkoopster begint direct met een belachelijk hoge prijs. Marnix begint te lachen zegt: 'Zelfs in Nederland zijn ze goedkoper en dan heb ik de echte!'

Al snel stuurt madame Marnix haar winkeltje uit. De tweede poging heeft meer succes. We trekken alles uit de kast en de verkoopster ook: lachen, complimentjes, pruilen, beledigd zijn en uiteindelijk weglopen. Voor € 6,50 krijgen we een paar all stars mee. Als het meisje de goede maat aan het halen is, zie ik een Europeaan, een beer van een vent, in het winkeltje ernaast een paar bergschoenen passen. Het piepkleine Chinese verkoopstertje staat met haar handen in de zij voor hem tegen hem aan te krijsen. Ik zie de man ineen krimpen. Hij sputtert nog een beetje tegen, maar het kleine ding veegt de vloer met hem aan. De arme man zal diep in zijn buidel moeten tasten ben ik bang.

Wandeling door hutongwijk

Onze trein vertrekt pas in de middag. Er blijft genoeg tijd over om nog een wandeling te maken door een hutongwijk. Ik was bang dat alle hutongs (oude woonwijken met nauwe straatjes en lage huisjes) hadden moeten wijken voor hoge, karakterloze hotels in verband met de Olympische Spelen. Dit is gelukkig niet het geval. Bij de grote bazen in Beijing is het kennelijk ook bekend dat de hutongs geliefd zijn onder toeristen. Hun reactie laat zich raden: oude hutongs afbreken en opnieuw opbouwen. Met lede ogen zien we hoe een complete hutongwijk verandert is in een bouwput. Ik vraag me af wat er met de oorspronkelijk bewoners is gebeurd. Gewoon weggejaagd? Ik vermoed van wel. De hutongwijk aan de overkant van de straat staat nog overeind. Ook in deze wijk is het een en ander opgeknapt, maar het heeft gelukkig de sfeer niet volledig aangetast. De smalle straatjes lijken soms eindeloos door te gaan. Lage huisjes met prachtige poorten staan aan de straatkant. Daar waar een poort open staat, spieken we even naar binnen en zien dat meerdere huisjes op een binnenplaats uitkomen. De was hangt te drogen in lijnen die over de straat zijn gespannen. Een jongentje is zijn beo 'Ni hao' aan het leren. Hier is geen plaats voor auto's en bussen. Venters met hun koopwaar aan de fiets gehangen of op een handkar, lopen er wel rond, al roepend hun komst aankondigend. We hopen dat dit unieke stukje China de tand des tijds zal weerstaan.