19 April 2024
 

Het oude China

Toegevoegd: 31 augustus 2006

Lijang, 27 tot en met 31 augustus 2006


In Chengdu hebben we hardsleepers kunnen regelen. De trein gaat maar tot Panzhihua, waar we een bus moeten pakken naar Lijang. Het blijkt een ontzettend langzame trein te zijn, zonder airco en de ventilator is kapot. Toch slapen we een paar uurtjes. Om 9.45 uur komen we aan. Daniel en Sven zijn anderhalf uur eerder uit Chengdu vertrokken met een veel snellere trein en zijn natuurlijk al nergens meer te bekennen en waarschijnlijk allang in Lijang als wij nog moeten vertrekken.

Voor het treinstation staan veel bussen te wachten. De bus naar Lijang staat vooraan. We stappen direct in en verwachten een acht tot negen durende reis. Het is maar een zes en een half uur durende reis door een prachtige bergachtige omgeving en schattige kleine dorpjes.

Een taxichauffeur zet ons af voor de oude stad. Ik zie een stad voor me opdoemen van nauwe steegjes, oude houten huisjes die verlicht zijn door de typische Chineze rode lampionnen. Smalle grachtjes slingeren door de oude stad en bruggetjes brengen je van de ene steeg naar de andere. In 1996 heeft een aardbeving 70% van de oude stad verwoest, maar dit keer zijn de oude huisjes goed gereserveerd. Het is ontzettend toeristisch, maar toch is het makkelijk om je China voor te stellen honderd jaar geleden. Ik vind het prachtig, sfeervol. Twee dagen lopen we alleen maar rond, duiken de smalle zijsteegjes in, dwalen over de markt waar oudere vrouwen in Naxi klederdracht met blauwe Mao-petjes manden vol net gekochte boodschappen o hun rug dragen. De 'vlees' afdeling is alleen geschikt voor mensen met sterke magen. Het is geen fijn gezicht om tussen de manden vol vastgebonden gillende biggen en mand met honden te zien. Chinezen eten dus echt alles.

Het Mu Family House in het midden van de oude stad is het oude paleis van de Naxi chief. Verschillende gebouwen staan achter elkaar tegen een heuvel opgebouwd. Het doet me direct denken aan de Verboden Stad in Beijing, maar dan duizend keer beter. Het is er rustig en we hebben alle ruimte om de gebouwen en de omgeving uitgebreid te bekijken. Veel van de Naxi cultuur steken we dus niet op, alle onderschriften bij foto's zijn enkel in het Chinees. Aan het einde van de tweede dag lopen we moegeslenterd terug naar ons guesthouse. Wanneer we het oude marktplein oversteken, zie ik een prachtige oude vrouw in klederdracht zitten op een bankje onder een boom. Ik stoot Marnix aan: 'Moet je kijken, ik zou graag een foto van haar willen'. Allebei kijken we naar haar en zien het op hetzelfde moment: ze heeft ingebonden voeten. Ik schrik er gewoon van. Haar voeten zijn nog kleiner dan die van Iris (mijn nichtje van zeven) en verstopt in schoentjes met een rare vorm. Ze moet zeker ouder dan 80 jaar zijn, omdat 80 jaar geleden deze gewoonte is afgeschaft. Alhoewel het natuurlijk mogelijk is dat bepaalde families nog een paar jaar door gingen met dit gebruik.

Wat we zien van de Naxi cultuur is vooral in ons guesthouse: Mama Naxi's guesthouse. Een pittige kleine vrouw van middelbare leeftijd zwaait de scepter in het guesthouse en iedereen is dol op haar. Wij ook, vanaf het eerste moment. Het kostte ons moeite om haar guesthouse te vinden en ze plukt ons van straat met: 'You looking Mama, hello, mama is here'. We zijn direct verkocht. Ze weet een atmosfeer te scheppen die huiselijk en gezellig is. Knijpt in het voorbij gaan vriendelijk in je arm, wrijft even over je rug. Het is werkelijk een thuis ver van huis. Alle gasten noemen haar Mama en haar man Papa. Het voelt zelfs natuurlijk om het tegen haar te zeggen. Mama geniet van al haar 'kinderen'. Ze stopt ons allemaal wat eten en fruit toe, is altijd bang dat we honger hebben, maar we worden ook allemaal om 24.00 uur naar bed gestuurd. Haar bananenpannekoeken (2 yuan) in de ochtend zijn om van te watertanden en bij het avondeten vergeten we bijna helemaal onze goede manieren. Voor 8 yuan krijg je net zoveel rijst als je wilt, zeker acht verschillende gerechtjes en onbeperkt thee. Maar o wee als je iets doet wat Mama niet goed vindt. Papa sputtert een paar keer een beetje tegen als hij een opdracht krijgt van Mama. Ze smijt haar eetstokjes op tafel en begint me toch tegen hem te krijsen. Papa kiest vlug eieren voor zijn geld en gaat er als een haas vandoor om zijn opdracht te vervullen. De meeste gasten komen onder andere naar Lijang om de Tiger Leaping Gorge (een kloof waar je een tweedaagse trektocht door kunt maken) te zien. Mama zegt elke avond tegen de groep die de volgende ochtend gaat: 'Breakafest 8.00 o'clock, 8.30 you leave'. Zeer duidelijk. Onze kamer komt uit op de binnenplaats en ik word de volgende dag wakker van de groep die naar de Tiger Leaping Gorge gaat. Om half negen hoor ik nog iemand naar beneden komen en vragen om ontbijt. Mama zegt hem of haar streng en zonder tegenspraak te dulden: 'Mama said 8 o'clock breakafest, now 8.30, you go'. En zo is het, wat Mama zegt, zo gebeurt het. Een duidelijk Naxi trekje dus. Bij de Naxi gaat de erfenissen en de namen via de vrouwen. Vrouwen spelen dus automatisch de belangrijkste rol in de familie en samenleving. Mama Naxi is er een goed voorbeeld van. Pittig, kattig, energiek, maar de grootste schat die er in China rondloopt. Wanneer nieuwe reizigers zich melden, zeggen de andere reizigers steeds: 'She is lovely, but remember: don't mess with Mama!'.

Daniel en Sven logeren ook bij Mama. We ontmoeten ook Hagar en Nitzan, twee leuke Israelische meiden. Ook Jerrod voegt zich bij, die geboren is in Zuid Afrika, een Nieuw Zeelands paspoort heeft en in Australie woont. Elke avond is het super gezellig. Als Daniel, Sven en Hagar de Tiger Leaping Gorge gaan doen, huren Jerrod, Nitzan en wij fietsen om naar het dorpje Baisha, ongeveer vijf kilometer buiten Lijang, te gaan. In het doprje zijn eeuwenoude fresco's gevonden in verschillende tempels. Ze stammen uit de vijftiende en zestiende eeuw. Onze tenen krommen samen als we langs de fresco's lopen. Van alle Boedhha's zijn de ogen uitgestoken. Degenen die nog ogen hebben, zijn bekrast met een scherp voorwerp. In de Culturele Revolutie zijn een paar achterlijke lui van de Rode Garde ook even langs deze tempels geraasd. Gefrustreerd over deze vernielingen, stappen we weer op de fiets om terug naar Mama te gaan.

Lijang heeft ons gelukkig het grote 'Udaipur-moment' gegeven. Dit is het China dat overeenkomt met ons beeld. Toch gaan we China verlaten. Onze volgende stop word Zhongdian. Dat we in China komt eigenlijk alleen maar omdat we naar Mongolie en Tibet wilden. Zhongdian ligt al in het eigenlijke Tibet (de Chinese overheid heeft Tibet 'verkleind' en een paar provincies hernoemd door ze Chinese namen te geven). Vanuit deze stad gaan we proberen om zonder 'permit' in Lhasa te geraken. Volgens een artikel in Beijing Times van eind juli 2006 moet het kunnen.